Niet alleen de atleten, maar ook de jury bereidt zich al nauwgezet voor op de EK indoor, begin maart in Omnisport Apeldoorn. Begin deze maand kwamen ruim 120 enthousiaste juryleden, samen met andere vrijwilligers, bij elkaar om op locatie geïnformeerd te worden over de laatste ontwikkelingen.
De “spelregels” binnen de atletiek zijn wereldwijd overal hetzelfde, dus waar je als jurylid ook wordt ingezet, zou niet uit hoeven maken. Maar zo simpel als het lijkt is het natuurlijk niet. Als je verantwoordelijk bent voor het jureren van zo’n 700 Europese topatleten, vergt dat het een en ander aan voorbereidingen. Zeker als er, verdeeld over vier dagen, bijna 30.000 toeschouwers op de tribunes zitten en er ook nog eens 66 miljoen tv-kijkers over je schouders meekijken,
‘Ook de routine binnen Omnisport en de werkafspraken zijn anders dan bijvoorbeeld bij een NK indoor, waarmee al onze juryleden al wel ervaring hebben’, zegt Niels van der Aar, die tijdens de EK als wedstrijdleider zal optreden en nauw betrokken is bij de voorbereidingen van – onder meer – het jurykorps.
Die voorbereidingen begonnen al ruim een jaar geleden, toen alle Nederlandse juryleden de mogelijkheid kregen om zich aan te melden. Gegadigden werd gevraagd zich met een zelf gemaakt filmpje te introduceren. Op die wijze werden de 200 mensen geselecteerd, die daadwerkelijk in actie zullen komen bij de EK. Niet alleen voor het eigenlijke jurywerk, maar bijvoorbeeld ook bij de dopingcontroles, in de callroom, in de verblijfsruimte voor de meerkampers en als “Marshalls” – dat wil zeggen als begeleiders van de atleten op hun route door het stadion. Dat laatste is geen sinecure, want het is woekeren met de ruimte in Omnisport, waar tijdens het toernooi met een grote tent en het in gebruik nemen van de volleybalhal meer vierkante meters worden gecreëerd, maar alle gangen en trappen de juiste oriëntatie vereisen.
De juryleden zijn per discipline verdeeld in groepen. Deze teams staan onder leiding van een van de negen scheidsrechters. Zeven van die scheidsrechters komen uit het buitenland, twee van hen zijn Nederlanders. Ook de drie technisch gedelegeerden komen uit het buitenland en zijn door European Athletics aan Nederland toegewezen.
Verandert daarmee de hiërarchie?
‘Nee’, zegt Van der Aar. ‘Want de rolverdeling is niet anders dan bij een nationale wedstrijd. Alleen de taal waarin je overlegt verandert.’
Hij is vol lof over de kwaliteit van de Nederlandse juryleden. ‘Ik ben regelmatig in verschillende functies actief bij buitenlandse toernooien, zoals bij de Spelen in Parijs en bij WK’s. Dus ik heb vergelijkingsmateriaal. Onlangs was er in Nederland veel belangstelling voor de cursussen en examens die World Athletics en European Athletics digitaal aanbieden, waardoor we de kwaliteit weer op een hoger niveau hebben kunnen brengen.’
De jury-teams zijn dus al een jaar geleden samengesteld en hebben vorig jaar bij de NK indoor gewerkt op basis van de gang van zaken tijdens de EK. Ook dit jaar zullen deze teams weer acteren tijdens de NK indoor. Dat is een mooie gelegenheid om goed op elkaar ingespeeld te raken.
Niet alles is hetzelfde als tijdens de NK. Een van de elementen waarin de EK af zullen wijken is het feit dat er rond ieder onderdeel vier of vijf camera’s staan. Dat doet een flinke aanslag op de bij indoorwedstrijden altijd beperkte ruimte op het middenterrein. In overleg met de tv-productie wordt er daarom hard gewerkt aan plattegronden, waarop ook de juryleden hun posities krijgen toebedeeld. Doel is om het binnenterrein zo “schoon” mogelijk te houden, zodat toeschouwers en tv-kijkers goed zicht hebben op de prestaties.
Waar de jury ook mee te maken krijgt is de apparatuur die door European Athletics beschikbaar wordt gesteld. De tijdwaarneming en het video-meetsysteem zijn net even anders dan waar de Nederlanders vertrouwd mee zijn. Twee dagen vóór de EK daadwerkelijk beginnen is er daarom een “testwedstrijd” in Omnisport met Nederlandse atleten, waar de juryleden kunnen kennismaken met hun buitenlandse collega’s en alle apparatuur.
Het zal duidelijk zijn: jurylid bij een EK ben je niet zomaar. Het vergt veel – onbetaalde – tijd en dus een goede motivatie. En natuurlijk passie voor de atletiek! In januari worden de juryleden geacht een webinar te volgen om zich de laatste informatie eigen te maken. Begin maart zijn de meesten, inclusief de dag waarop de laatste test plaatsvindt, ook een dag of vier, vijf in touw. Reis en verblijf zijn voor eigen rekening. In totaal zullen er overigens zo’n 600 mensen actief zijn tijdens dit – voor Nederland – unieke toernooi.
Voor Roos Spierings is het geen probleem om veel tijd te besteden aan de EK. De 22-jarige atleet van Uros in Maastricht werd al op 15-jarige leeftijd jeugd-jurylid en kan dankzij aanvullende opleidingen inmiddels ook als wedstrijdleider en scheidsrechter fungeren. ‘Maar op heel jonge leeftijd stond ik de verspringbak al aan te harken als mijn moeder jureerde’, zegt ze. Zelf doet ze bij de studentenvereniging vooral aan hordenlopen en polshoogspringen.
‘Ik vind het heel interessant om te jureren bij de EK. Het is het grootste evenement dat de komende jaren in Nederland plaatsvindt. Ik ben ingedeeld bij het kogelstoten en dat betekent onder meer dat ik het zogenoemde prisma plaats op de plek waar de kogel is geland, waarna met een camera vanaf de tribune de exacte afstand wordt gemeten.’
En hoe staat het met de druk, als er straks vele duizenden mensen meekijken, waarvan een deel misschien denkt dat ze het beter hebben gezien dan jij?
‘Dat valt wel mee. We doen het werk met z’n tweeën. En er komt een nieuw soort mat te liggen, waarop de afdruk van de kogel heel goed te zien is.’
Dennis Francois (50) heeft de nodige ervaring met grote toernooien. Hij wordt regelmatig ingezet bij internationale wedstrijden in het buitenland en was in 2016 al scheidsrechter bij de EK in Amsterdam. Die taak krijgt hij ook in Apeldoorn. Bij Groene Ster in Zevenbergen geeft hij onder meer training aan de jeugd en zelf doet hij als master mee aan meerkampen.
‘Ik vind het leuk om als jurylid eraan bij te dragen dat atleten topprestaties kunnen leveren’, zo is zijn motivatie om veel tijd te steken in de EK indoor.
‘Extra druk voor een groot toernooi ervaar ik eigenlijk niet. De regels zijn overal hetzelfde. En je mag gewoon de tijd nemen om tot goede beslissingen te nemen. Dan zijn er geen problemen.’